Terugblik Project 184

door Bob Vos (©2007): ‘De onhoorbare luidspreker’

Een bijzondere avond met een bijzondere luidspreker opstelling.

 Muziekbeleving is een zaak van emotie, per definitie subjectief. Sommigen ontlenen een aanzienlijk deel van deze emotie aan de apparatuur, het imago, de specificaties en het uiterlijk. Anderen sleutelen tot in het oneindige aan de ruimte-akoestiek. Sommigen houden zich echter met de muziek zelf bezig. Zo iemand is Leo de Klerk, eigenaar van Bloomline Studio's in 's-Gravendeel. Niet toevallig voerde hij het woord op de jongste bijeenkomst van de Nederlandse sectie van de Audio Engineering Society (AES). Luidsprekeropstelling was het thema van de avond die in de RBS Studio's in Rotterdam plaats vond.

Leo de Klerk verzorgt de opnamen van tal van bekende ensembles, onder meer in de wereld van de experimentele klassieke muziek. Al jaren ergert hij zich aan, wat hij zelf noemt, de “verbeterde mono weergave” die met een gangbare mono-, stereo- of meerkanaals luidsprekeropstelling wordt bereikt. Leo experimenteert nog voortdurend en is op zoek naar een zo ongeschonden mogelijke reproductie van de muzikale voordracht.

 

Zwarte kokers

Bij het binnenkomen in de zaal viel dan ook meteen Leo’s ongebruikelijke luidsprekeropstelling op. Circa 4 meter uit elkaar stonden twee statieven opgesteld. Op zo’n 2 meter hoogte waren op rioleringspijpen lijkende zwarte kokers bevestigd. Aan de ene zijde zat een gat en aan de andere zijde stak een vreemd soort trechter naar buiten. Het bleek de omgekeerde conus van een 13 cm KEF UNIQ inbouwluidspreker te zijn. Op de grond stonden onder de statieven nog twee soortgelijke omhoog gerichte pijpen. Ook daar wezen de trechters parmantig naar buiten en was de conus niet, zoals gebruikelijk, netjes achter een gaasje of doekje weggewerkt. Op de tafel waren de nodige versterkers, afspeel- en mengapparatuur uitgestald. Alle vier de luidsprekers hadden hun eigen eindversterkers. Achter de tafel stond Leo. Minutieus controleerde hij de techniek. Per ongeluk had iemand de luidsprekers een paar centimeter verschoven, maar dat werd onmiddellijk door hem gecorrigeerd.

Oorschelp

Eerst nog kwam Stan Tempelaars aan het woord. Hij is al weer enige jaren met pensioen, maar nog steeds erg actief in zijn vakgebied, de psycho-akoestiek. Dit is de wetenschap die zich bezig houdt met de manier waarop wij geluid waarnemen. Hij deed ondermeer onderzoek naar de invloed van de oorschelp op het gehoor. Leo’s wijze van luidsprekeropstelling noemde hij “de luidspreker die je niet hoort”. In zijn inleiding ging Stan eerst in op het ontstaan van het begrip ‘muziek’.

 

Stan Tempelaars

Toen de dieren nog spraken, moest wij mensen het stellen met het uitstoten van klanken, waarmee dan emotioneel geladen boodschappen zoals ‘gevaar’ , ‘ik vind je aardig’, ‘ik ben verdrietig’ werden uitgewisseld. Verschillende toonhoogten zorgden daarbij voor variatie in de communicatie. Pas later kregen we die expressies min of meer onder controle, maar de emotionele kreten bleven. Volgens sommigen vormen ze de grondslag van wat we nu muziek noemen. Je ziet er nog steeds de sporen van. Bij een voetbalwedstrijd bijvoorbeeld uiten rivaliserende supporters hun wederzijdse afkeer door middel van geluiden met wisselende toonhoogtes. De grondslag voor de muziek is dus het ritmisch variëren van toonhoogten in een bepaald patroon. Vroeger was deze ‘muziek’ strikt aan plaats en tijd gebonden, toen de registratietechniek werd uitgevonden konden de muzikale patronen, en bijgevolg ook de emotionele lading die daarin verankerd zit, worden vastgelegd en overgebracht. Naar analogie met de fast food industrie is dit inmiddels verworden tot een vluchtig te consumeren product. Voor een auditief tussendoortje wordt tegenwoordig makkelijk naar Muzak gegrepen.

 

Omgekeerde luidspreker

Na deze filosofische introductie van Stan Tempelaars kreeg Leo de Klerk het woord. Hij legde de toehoorders uit dat er bij de weergave van elke geluidsopname iets fundamenteels fout gaat. Opnamen worden gemaakt met een microfoon die een driedimensionaal geluidsveld omzet in een tweedimensionaal elektrisch signaal. Vervolgens wordt dit signaal door de luidspreker weer in drie dimensies afgestraald. De nu toegevoegde derde dimensie is echter een functie van het afstraalgedrag van de luidspreker. Je hoort het geluid immers uit een soort trechters komen. De kleuring die zodoende door de luidspreker wordt toegevoegd, maskeert de ruimtelijke kwaliteiten van de opgenomen geluidsbron. De door te geven boodschap zit als het ware in de ‘box’ gevangen. Leo zei dat dit verschijnsel kennelijk al in de twintiger jaren van de vorige eeuw bekend was, met name bij Philips. Indertijd brachten zij een luidspreker op de markt waarbij de conus zich niet in het frame van de luidspreker bevond, maar ‘omgekeerd’ gemonteerd was.  Voordeel van deze constructie is dat het conusvormige gedeelte naar alle zijden afstraalt; behalve naar achteren, want daar zit de magneet. Zo is de richtwerking niet meer over één as gebundeld. Door het Amerikaanse bedrijf Ohm Acoustics Corporation worden al geruime tijd dit soort luidsprekers op de markt gebracht. Mede omdat ze nogal kostbaar zijn, heeft de verkoop echter nooit een grote vlucht genomen. Volgens het ‘Inverted Cone Principle’ is een omgekeerde luidspreker ook toegepast in verder gesloten kasten, waarbij nog een tweeter coaxiaal aan de conus van de woofer wordt gemonteerd. (1)

Leo de Klerk (R)

Motional Feedback

Voortbordurend op het idee van de omgekeerde luidspreker pakte Leo een Philips Motional Feedback luidspreker en haalde de woofer en de tweeter eruit. Vervolgens zette hij deze omgekeerd aan de buitenzijde van de kast op elkaar vast. Motional Feedback (MFB) steunt op het principe dat ongewenste resonanties van de luidspreker door middel van een opneemelement dat in contact staat met de conus, omgezet worden in een elektrisch correctiesignaal. Zodoende wordt een mooie vlakke weergave bereikt (2). Type MFB541 dat Leo gebruikt, ziet er wat vreemd uit, maar tijdens de demonstratie konden de aanwezigen duidelijk horen dat de weergave uitstekend klonk.

Daarna werden de vier gemodificeerde KEF boxjes ten gehore gebracht. Ook hier wijzen de conussen van de luidsprekers zelfverzekerd naar buiten. Het resultaat is verbluffend. Verbaasd en met strenge blik liepen een aantal doorwinterde leden van AES ijsberend door de zaal. Overal klonk het geluid prima. Welk genre ook geserveerd werd, overal was een mooi ruimtelijk geluid hoorbaar. Daarna was het tijd voor een live opvoering. Leo had hiervoor aan Aart van der Gronden gevraagd om op een klavichord een stukje Bach te spelen. Het instrument stond tussen de KEF luidsprekers. Het delicate geluid van dit middeleeuwse instrument was nauwelijks nog hoorbaar toen Leo halverwege de tot dan plezierig klinkende opvoering plotseling de geluidsinstallatie uitzette. Boven de klavichord waren twee DPA 4090 omnidirectionele microfoons aangebracht. Het geluid van de luidsprekers straalde in de microfoons zonder dat er ook maar een spoor van ‘rondzingen’ of akoestische terugkoppeling hoorbaar was. Wederom doorkruisten ernstige gezichten met ingehouden pas de zaal.

Fantoomgeluidsbeeld

Wat is er nu zo bijzonder aan het weergavesysteem zoals dat door Leo de Klerk werd gedemonstreerd? Zelf beweert hij dat men het lekkerst luistert naar een ‘fantoomgeluidsbeeld’, zeg maar het geluid dat je bij stereofonie tussen de speakers hoort hangen. Dit out of the box-effect beperkt zich in principe echter tot een hotspot die grofweg op de as tussen de twee luidsprekers ligt. Het resultaat is dan eigenlijk een verbeterde monoweergave. Je kunt de luidsprekers immers nog altijd duidelijk lokaliseren. Bij het systeem van Leo is dat echter zeer moeilijk omdat de respectievelijke richtwerkingen van de luidspreker en van het gehoor gediffuseerd worden. Daardoor wordt de waargenomen ruimtelijkheid nu voornamelijk bepaald door de ruimtelijke informatie die bij de opname is vastgelegd. Een bijkomend voordeel is dat de stereofonische weergave zich niet beperkt tot een hotspot, maar overal goed is. Het geluid klinkt dan tenminste niet alsof de instrumenten de speakers worden ingezogen. Van gewone stereofonie is het namelijk een bekende tekortkoming dat wanneer een groot instrument, een contrabas bijvoorbeeld, alleen vanuit het rechterkanaal wordt weergegeven, de contrabas als het ware kleiner gaat klinken dan de afmeting van de luidspreker. Hij lijkt dan door de luidspreker ingesloten. Leo heeft dit opgelost door tussen de speakers van één kanaal een fantoomgeluidsbeeld te creëren. De speakers stralen dan in de X- en in de Y-richting rond. Het werkingsprincipe van zijn geluidssysteem heeft Leo alvast geoctrooieerd. (3) Op dit moment is hij druk bezig zijn ideeën verder uit te werken.

 

(1) Meer info over het ‘Inverted Cone Principle

(2) Over het MFB principe bestaat een zeer goed gedocumenteerde website:

(3) Op de website van Leo de Klerk staat behalve informatie over zijn bedrijf ook informatie over de door hem gebruikte opnametechnieken.